|
|||||||||||||||||||||
|
brevetten In de ruitersport kunnen verschillende brevetten behaald worden:
Al deze brevetten worden georganiseerd in samenwerking met Paardensport Vlaanderen. Kinderen en jongeren tot en met 16 jaar kunnen het A brevet behalen tijdens de sportkampen in de herfst- en krokusvakantie. Indien er voldoende vraag is wordt er voor clubruiters regelmatig opleiding en brevetafname georganiseerd. brevet eerste graad In het “opdrachtenboekje: Wat kan ik al?” wordt aan de hand van didactische kleurrijke tekeningen de allereerste stappen in de omgang met paard en pony weergegeven. Dit kan geïntegreerd worden tijdens sportkampen of lessenreeksen. Het is aan de gediplomeerde lesgevers om te beoordelen of de opdrachten correct en/of goed uitgevoerd worden. Dit wordt door hen afgetekend en eventueel becommentarieerd in het opdrachtenboekje. De Eerste Graad wordt dus niet door externe examinatoren voor ruiterbrevetten afgenomen. De Eerste Graad is niet gelijk aan het bekwaamheidsattest. Zie hieronder bij het A brevet voor meer info daarover. A brevet Dit is het eerste brevet waarbij de ruiters moeten bewijzen over vaardigheden te beschikken zoals individueel sturen, individueel overgangen maken van stap naar draf, van draf naar galop, enz. De ruiters tonen aan dat ze voldoende kennen en kunnen om met een paard op wandeling te trekken. Dit brevet wordt dan ook vaak het wandelbrevet genoemd. Ook het springen over enkele eenvoudige hindernissen komt aan bod. Daarnaast is er ook theoretische leerstof. De proef bestaat uit groepsdressuur, waarbij de ruiters individueel sturen en aangalloperen. Er is ook een caprilliproef (drie lage sprongen). De toelatingsvoorwaarde is dat de ruiter minstens 11 jaar is. Je moet op alle onderdelen geslaagd zijn om het brevet te behalen. Je kan herkansen wanneer je niet geslaagd bent en daarbij vrijstellingen krijgen voor de onderdelen waarvoor je wel slaagde. Ruitertjes jonger dan 11 kunnen het bekwaamheidsattest halen. Hierbij bestaat de proef enkel uit praktijk dressuur, zonder theorie of springoefeningen. Deze onderdelen kunnen dan later, bij het bereiken van de minimumleeftijd, nog afgelegd worden. B brevet Het B-brevet laat toe om deel te nemen aan wedstrijden. Hier wordt een individueel dressuurnummer beoordeeld en het springen wordt verder uitgebreid. Ook hier wordt verdere theoretische kennis bijgebracht. Toelatingsvoorwaarde voor deze cursus is in het bezit zijn van een A brevet en minstens 12 jaar zijn. Het examen bestaat uit een individuele dressuurproef en een springparcours van 6 sprongen. Bij dit brevet kan je er voor kiezen enkel dressuur te rijden of enkel te springen. De theoretische proef moet sowieso worden afgelegd. Opgelet: om verdere opleidingen te kunnen volgen is het volledig behalen van het B brevet wel vereist. Meer info Meer info over alle brevetten vind je op de website van Paardensport Vlaanderen. |
||||||||||||||||||||